13 oktober 2025
De sleutel tot een circulaire economie is de waarde van elke grondstof maximaliseren. Moderne technologie ontketent het enorme potentieel in dierlijke bijproducten, door nevenstromen om te zetten in waardevolle eiwitten, vetten en biobrandstoffen voor nieuwe, duurzamere waardeketens.

Filets, karbonades, kippenpoten – dit zijn de delen waar we vaak als eerste aan denken wanneer we aan vlees denken. Maar dat is nog niet eens het hele verhaal. Ongeveer 50% van een dier bestaat uit bestanddelen die verdergaan dan alleen de eerste grotere deelstukken – en toch beschikken ze over veel potentieel.
In sommige culturen werden de zogenaamde bij- of co-producten altijd al gebruikt – als ingrediënten, geneesmiddelen of grondstoffen. In veel delen van de wereld werden ze echter lange tijd over het hoofd gezien en zelfs als afval behandeld. Tegenwoordig biedt moderne technologie deze producten een comeback: bijproducten die rijk zijn aan eiwitten, vetten, mineralen en bioactieve stoffen, worden geraffineerd tot hoogwaardige ingrediënten voor dierenvoeding, cosmetica, biobrandstoffen en zelfs de farmaceutische industrie.
Verantwoordelijk gebruik van zulke bijproducten – zowel eetbare als niet-eetbare bestanddelen – vereist hoogwaardige procestechnologie: systemen die veiligheid, zuiverheid en grondstofefficiëntie waarborgen en tegelijkertijd moleculaire structuren scheiden en bruikbaar maken.
GEA levert de technologie waarmee deze transformatie op een veilige en grondstofbesparende manier kan worden gedaan. Daardoor leveren bestanddelen die onbelangrijk lijken te zijn, een waardevolle bijdrage aan de circulaire bio-economie.

Lange tijd was de verwerking van dierlijke bijproducten nauwelijks merkbaar in de voedingsmiddelenindustrie. Maar dat verandert. De focus wordt nu steeds meer op deze vet- en eiwitrijke grondstoffen – onderverdeeld als eetbare of niet-eetbare bijproducten – gelegd. Niet in het minst omdat ze een aanmerkelijk bijdrage kunnen leveren aan het behoud van natuurlijke grondstoffen.
Dr. Martin Alm
Technical Director, European Fat Processors and Renderers Association
Dr. Martin Alm, Technical Director of the European Fat Processors and Renderers Association (EFPRA) vat het samen: “Grondstoffen worden optimaal benut wanneer er vrijwel niets meer van over is.” Met moderne technologie kan dit doel worden behaald – en een nieuw niveau van industriële circulaire economie worden bereikt.
De grondstoffen die voor recyclage worden gebruikt, zijn biochemisch zeer complex: ze bevatten een grote verscheidenheid aan functionele eiwitten, vetten, mineralen en collageenrijke stoffen die voor specifieke doeleinden kunnen worden gebruikt. Bijvoorbeeld voor gelatine, dierenvoeding, meststoffen, biobrandstoffen en farmaceutische toepassingen.
Dit vereist verschillende procesketens: de eerste fase omvat vaak thermale voorbehandeling (smelten), gevolgd door scheiding met gebruik van separators en decantercentrifuges, verdamping en drogen. Hoewel componenten met een laag moleculair gewicht worden gebruikt in de productie van dierenvoeding of meststoffen, maken structuren met een hoog moleculair gewicht, zoals collageen, geheel andere toepassingen mogelijk – van cosmetica tot medische weefselvervanging.

De markt voor duurzame vliegtuigbrandstoffen (SAF) ontwikkelt zich snel. Dierlijke vetten komen onder de aandacht als een bron van grondstoffen – niet alleen in Europa, maar ook in de VS, waar dierlijke vetten onlangs zelfs werden geïmporteerd om in de groeiende vraag naar biobrandstoffen te voorzien.
Dr. Martin Alm
Technical Director, European Fat Processors and Renderers Association
De uitdaging zit hem in verwerking: vetten moeten worden geraffineerd zodat het eindresultaat voldoet aan de vereisten voor vliegtuigbrandstoffen, vooral voor wat betreft zuiverheid en compatibiliteit met katalysatoren. Dit benadrukt het belang van nauwkeurige scheidingstechnologie en intelligente proceslijnexpertise – een gebied waarop GEA vele jaren ervaring heeft.

Dierenvoeding
Leon Aron Stock
Product Manager Sales, Business Line Renewables, GEA

Het feit dat collageen – het structurele eiwit dat in huid, bindweefsel en botten gevonden wordt – nu een populaire grondstof voor cosmetica, farmaceutica en zelfs medische producten is, toont deze verandering duidelijk aan. Als component van anti-verouderingsproducten, voedingssupplementen en capsulemateriaal is collageen niet langer een nicheproduct. Ook hier bepaalt proceskwaliteit hoe efficiënt en volgens welke standaard extractie kan worden verricht.
Thai Union Group PLC, een van de meest vooraanstaande zeevruchtenproducenten ter wereld, is hier een goed voorbeeld van. Thai Union verwerkte vele jaren bijproducten intern, inclusief huid, koppen en graten. Naast visolie voegden ze onlangs hydrolysaat en collageen aan hun productportfolio toe. GEA ontwierp en installeerde beide processen, leverde decanters, separatoren en membraanfiltratiesystemen voor collageenextractie, samen met de geschikte apparatuur voor verdamping en sproeidrogen. De installatie werd half 2024 in gebruik genomen en stelde Thai Union sindsdien in staat om zijn grondstoffen volledig en succesvol te verwerken en daarmee de toegevoegde waarde te maximaliseren.
De vereisten voor procesontwerp en engineering zijn hoog: microbiologische veiligheid, productzuiverheid, energie-efficiëntie en traceerbaarheid spelen een centrale rol. Tegelijkertijd stijgen de verwachtingen voor flexibiliteit, digitalisering en duurzaamheid.
Voor GEA betekent dit dat installaties moeten worden ontworpen voor zowel standaardprocessen in massaproductie als uiterst gespecialiseerde toepassingen. Technische expertise van andere industrieën – zoals zuivel-, farmaceutische en milieutechnologie – wordt steeds vaker in de ontwikkeling van modulaire en schaalbare systemen verwerkt.

Of het nu SAF, dierenvoeding of biologische chemicaliën betreft – het gebruik van dierlijke bijproducten speelt een nog grotere rol in de duurzame toevoer van grondstoffen in de toekomst. Ze leveren nu al een enorme bijdrage in het voorkomen van voedselverspilling, het conserveren van natuurlijke grondstoffen en het creëren van nieuwe waardeketens.
Wat jaren terug als afvalverwerking werd gezien, is nu een industrie met haar eigen innovatiemachine met groeiende vereisten voor technologie, hygiëne en efficiëntie – aangedreven door het nastreven van meer duurzaamheid. Met goed ontworpen proceslijnen, intelligente automatisering en een wereldwijd servicenetwerk zorgt GEA ervoor dat "de andere 50%" een andere pijler van circulaire bio-economie wordt.